VIZIER MEREROEKA
VIZIER MEREROEKA was vizier tijdens de regering van Teti (6de dynastie) en gehuwd met diens dochter Watetchethor.
Zijn mastaba 25 meter x 42,5 meter is één van de grootste prive graven uit het Oude Rijk.
VIZIER MEREROEKA Het graf ligt vlakbij de piramide van Teti en werd in 1892 ontdekt door Jacques de Morgan 1857-1924.
De mastaba heeft 33 ruimtes waarvan 21 voor Mereroeka, 5 voor zijn Vrouw Warerchethor en 5 voor hun zoon Meryteti.
Vrijwel alle kamers, op een aantal opslagruimtes na, zijn gedecoreerd. Vanuit één van de offerkamers voert een 20 meter
diepe schacht naar de gedecoreerde grafkamer waarin zich de enorme sarcofaag van Mereroeka bevindt.
In 1920 is de grafkamer gevonden en ook de mummie van Merenroeka.
De toegang tot de mastaba wordt gevormd door een smalle deuropening met aan weerskanten afbeeldingen
van Mereroeka en zijn kleiner afgebeelde echtgenote.
Kolommen tekst bevatten zijn naam en titels.
Direct na de ingang bevindt zich een ongebruikelijke scène.
Mereroeka zit achter een schildersezel en schrijft de drie seizoenen van het Egyptische jaar.
In deze kamer zijn prachtige reliëfs van de jacht en het vissen in de moerassen.
In het water zwemmen nijlpaarden, krokodillen en allerlei soorten vissen.
Het volgende vertrek toont diverse afbeeldingen van werkzaamheden op de landgoederen.
We zien hier pottenbakkers en beeldhouwers aan het werk.
Goudsmeden zitten met blaaspijpen rondom een vuur om het goud te smelten.
Een andere afbeelding toont Mereroeka als inner van de belastingen.
Ambtenaren met schrijfgerei buigen en knielen respectvol terwijl een aantal pachters die in gebreke blijven, met stokken worden geslagen.
In een jachttafereel is te zien hoe honden antilopen aanvallen en een leeuw een stier bij zijn snuit vastgrijpt.
De ruimtes dieper in de mastaba zijn gedecoreerd met allerlei offertaferelen,
zoals rijen antilopen met prachtige grote colliers, klaar om geofferd te worden.
Vissen worden gevangen met een sleepnet. Twee groepen van mannen doen verwoede pogingen om een krioelende
massa van diverse soorten vissen, aan boord van een boot te trekken.
Slagers slachten het vee, graanschuren worden gevuld en druiven worden geperst en gestampt.
In de grote dodenkapel met zes zuilen bevindt zich een levensgroot ka-beeld van Mereroeka,
klaar om de offers in ontvangst te nemen. Gezien de ring in de vloer werden hier mogelijk daadwerkelijk offerdieren geslacht.
De wand met de doorgang naar het graf van de zoon Meryteti vertoont prachtige afbeeldingen van spelende kinderen.
Jongens en meisjes dansen en spelen spelletjes. De overige wanden bevatten landbouwscènes en taferelen van het dwangvoeden van hyena’s en antilopen.
Op de westwand is, verspreid over vijf registers, een complete vloot van zeilschepen afgebeeld.
Op de oostwand zijn maaiers aan het werk, gebogen over het graan dat ze tot de helft maaien.
In het register helemaal onderaan doorkruisen schapen en geiten met gedraaide hoorns een kanaal.
In het graf bevinden zich ook een aantal huiselijke scènes.
Eén daarvan toont Mereroeka zittend op een bank naast zijn echtgenote terwijl zij voor hem speelt op haar harp.
De scène ernaast toont hen samen, hand in hand, terwijl dienaren hun bed opmaken.
Een tafereel op de tegenoverliggende muur toont Mereroeka met zijn echtgenote bij het ontvangen van offers.
Dansers en danseressen vermaken het echtpaar.
Afbeeldingen in het aan Watetchethor gewijde gedeelte tonen haar in gezelschap van haar kinderen, haar drie honden en een tam aapje.
In het graf bevindt zich ook een afbeelding van Ihy, de broer van Mereruka die was getrouwd met Idut II de zus van de vrouw van Merenruka.
We zien hem in het midden van een papyrusbootje, terwijl een bediende hem iets te drinken aanbiedt.